Over vriendschap & rode lintjes: Wereld AIDS Dag

Heb je ooit wel eens iemand ontmoet met wie je direct zo’n sterke band had, dat je ervan overtuigd was dat jullie in een vorig leven al vrienden waren? Het overkwam mij zo’n tien jaar geleden, tijdens een weekendtripje in São Paulo. Hij had een jongensachtige twinkeling in zijn ogen en de energie van een labrador puppy. Als hij lachte, ging de zon schijnen. En zijn mond? Die stopte nooit (echt nooit!) met praten. Hij fascineerde mij, ik fascineerde hem, en zo gebeurde het. We werden beste vrienden.

Terug in Rio de Janeiro, waar ik toen woonde, begonnen we met elkaar om te gaan. Steeds vaker. Samen zwierven we door de straten van onze stad. We dronken, we dansten, we lachten, we namen elkaar in de maling, we discussieerden over het leven, politiek, muziek, we deelden onze dromen, onze gevoelens, onze angsten. We wisten alles van elkaar. Tenminste, dat dacht ik.

“Doe een beetje rustig aan man, je bent geen 25 meer”

Toen hij rare en onverklaarbare gezondheidsproblemen begon te vertonen, dacht ik eerst dat het te maken had met zijn niet zo’n gezonde levensstijl. Ik sprak hem er verschillende keren streng doch bezorgd op aan: “doe een beetje rustig aan man, je bent geen 25 meer.” Uiteindelijk bezocht hij een dokter. En nog een dokter. En weer een volgende. Maar ze leken nooit een antwoord te kunnen geven op zijn gezondheidsproblemen… die ondertussen steeds erger werden. Hij was altijd vaag over zijn doktersbezoekjes. “Ze hebben niets kunnen vinden, ik moet volgende week terugkomen,” zei hij dan. Ondertussen zag ik hem veranderen. Hij werd magerder, stiller. Hij was zelfs gestopt met roken, wat echt een mirakel was. Ondanks alles stond hij erop om naar een tweedaags technofestival in São Paulo te gaan. Het leek ons verre van verstandig, maar hij was onvermurwbaar. Hij ging. Het was begin februari 2017.

Niet meer dan drie weken later werd hij thuis opgehaald door een ambulance en naar het ziekenhuis gebracht. Hij was toen al zo zwak, dat hij nauwelijks meer kon ademen en lopen. Vrienden moesten hem in een stoel de trap afdragen. Ik was op dat moment in Nederland en werd midden in de nacht door een gezamenlijke vriendin van ons gebeld. “Marlies,” zei ze. “Ik heb slecht nieuws. Het is aids.

Haar woorden echoden door mijn hersenpan. Aids? Hiv?

De wereld werd opgeschrikt door een mysterieuze ziekte

Het was 1981 toen de wereld werd opgeschrikt door een mysterieuze, dodelijke ziekte. In die tijd begonnen met name homoseksuele mannen en intraveneuze drugsgebruikers een reeks onbekende infecties te vertonen. Ze raakten zo verzwakt dat ze niet meer konden herstellen en uiteindelijk overleden.

Ik kan me niets herinneren van die tijd; ik was nog maar vijf jaar oud. Wat er gebeurde in 1991 kan ik me daarentegen wel herinneren. Freddie Mercury kondigde aan dat hij aids had. Eén dag voor hij aan de gevolgen ervan stierf. Ook staat zanger en model René Klijn mij nog bij. Hij gaf in Nederland een gezicht aan aids toen Paul de Leeuw hem in 1992 op televisie interviewde. René stierf het jaar erop, een paar dagen voor zijn 31e verjaardag.

De aandacht en de angst voor aids nemen af

Hiv is het virus dat aids veroorzaakt. Het breekt het immuunsysteem af dat je beschermt tegen allerlei virussen en bacteriën. Wanneer je lichaam zich niet langer kan beschermen tegen deze virussen en bacteriën, wordt dit aids genoemd. Volgens UNAids zijn wereldwijd al bijna 75 miljoen mensen met hiv besmet geraakt en zijn er meer dan 35 miljoen overleden aan aids-gerelateerde ziekten.

Vandaag de dag hoeven mensen niet meer aan aids te sterven. Hiv-remmende medicijnen maken het mogelijk om MET hiv maar ZONDER aids te leven. Helaas neemt het aantal hiv-infecties in de wereld nog steeds niet af; het stagneert. En in sommige landen, zoals Rusland, nemen de cijfers weer toe. Daarentegen nemen de aandacht voor de strijd tegen aids en de angst ervoor juist af. Dit zorgt voor een meer nonchalante houding ten opzichte van condoomgebruik.

Het laatste onderzoek uit 2017 van Rutgers (het Nederlands kenniscentrum voor seksualiteit) naar de seksuele gezondheid van Nederlanders tussen de 18 en 80 jaar, laat verontrustende cijfers zien. Tijdens hun laatste one-night stand gebruikten 58% van de mannen en 45% van de vrouwen een condoom. In de 12 maanden voorafgaand aan het onderzoek, testten 5% van de mannen en 7% van de vrouwen zich voor SOA’s en 3% van de mannen en vrouwen voor hiv. Dat klinkt als wel heel weinig testen tegenover veel onveilige seks.

Volgens UNAids leven er vandaag de dag wereldwijd nog steeds bijna 37 miljoen mensen met hiv. Elke dag worden er bijna 5,000 mensen hiv-gediagnosticeerd en sterven er 2,700 aan aids-gerelateerde ziekten. In Nederland leven naar schatting 23,100 mensen met hiv. Hiervan weten 2,300 dat niet.

Afscheid van zijn leven met dans en muziek

Wist mijn vriend dat hij seropositief was? Had hij misschien een teken gegeven dat hij het wist? Soms denk ik wel eens dat hij bewust naar dat tweedaagse technofestival is gegaan omdat hij wist dat zijn leven ten einde liep. Het was de genadeslag voor hem. Kort nadat hij in het ziekenhuis aankwam op die donkere dag in februari, raakte hij in een coma waaruit hij nooit meer ontwaakte.

Het is niet te omschrijven hoe het voelt om iemand te verliezen aan een ziekte die niet (meer) dodelijk hoeft te zijn. Aan een ziekte die te voorkomen is. Aan een ziekte die je kan krijgen door het bedrijven van liefde. Ik troost mezelf met het idee dat hij er op het technofestival voor de laatste keer een feest van heeft kunnen maken. Dat hij de kans heeft gehad afscheid van zijn leven te nemen met dans en muziek – de dingen waar hij zo zielsveel van hield.

Moge hij rusten in vrede en een waarschuwing zijn voor iedereen die denkt dat hiv niet meer dodelijk is.